Thursday, August 26, 2010

Morgen wordt er weer paniek gezaaid

Ik at haar afscheidscadeau op.
Het eetbare deel, natuurlijk. Uit pure frustratie. Mijn tanden plakten aan elkaar door de snoepjes met een verhaal. Ik heb geprobeerd om erop te bijten. Ik heb geprobeerd om erop te zuigen. Ik heb geprobeerd om ze gewoon in te slikken. Maar in plaats van de pijn in mijn buik weg te krijgen, heb ik er échte buikpijn bovenop gekregen.

Ontkenning is ons sterkste punt. Op de vuilste camping ooit kregen we spaghettisaus over onze tent. Spaghettisaus. Verteerd of niet, het was spaghettisaus. Door het cadeau op te eten deed ik een poging om alles te ontkennen. We konden onszelf wijsmaken dat het gewone spaghettisaus was, toevallig uit een pot gevlogen. Maar ik kon mezelf niet meer wijsmaken dat ik haar snel weer zou zien, toen ze door de paspoortcontrole liep.

Daarna werd ik getroost door een Chinese wiens hakken hoger waren dan het boordje waar ze op stond, ze slaagde er toch nog in kleiner te zijn dan ik. "We will remember this a long time." Waarschijnlijk heeft ze gelijk. Later zat ik aan het station met de meest verschrikkelijke moccachino ooit. Het zal een tijdje niet meer hetzelfde zijn.

Mijn rots in de branding is vertrokken. Nu moet ik een jaar overleven op kiezelsteentjes.
Is er iemand die de golven tegenhoudt voor mij?

Sunday, August 1, 2010

De zonne zonk, het duister klom

Ik zit in een soort van vreemde verneveling. Die rust is zo lang geleden dat ik niet eens meer wist dat het bestond, zo rustig zijn. Een combinatie van vermoeidheid met wat onverschilligheid tegenover alles anders. Alles. En dan straks dat zwarte gat, waarschijnlijk.
Zeventien stoere gasten met grote monden en kleine hartjes. Zeventien verkenners met hun hand in hun broek, zonder gêne. Zeventien stemmen die al die traditionele liedjes zongen, zonder gêne. Zeventien jongens op z'n zotst met de wereld aan hun voeten. Ongetwijfeld. Alles was awesome en muug veel en genius. Ook schmützten ze alles, die Schmützkes.

Tachtig letterkoekjes in één mond, B.A. Baracus, een koersfiets, Fred de wezel en muug veel nimbostratus wolken. Een meer, twintig jongens en twee meisjes. En nu, een groot leeg veld.
Voorlopig raakt niets me. En ik hoop dat het even zal duren.

Schoon weer vandaag, het is weer schoon geweest.