Sunday, February 26, 2012

The end of the day, part II

Als degoutante hipsters stonden we te vitten op de Grote Naam van de avond. De Grote Naam die Volk Moet Lokken, omdat de andere geprogrammeerde groepen te klein zijn om voor af te komen. Behalve voor ons, natuurlijk. Amai seg, dieje Noël Gallagher doet dat wel goed hé. - Geeft die gasten een ander instrument en ze zouden het niet eens merken. De apathie straalde er af, zowel van ons als van hen. Ik ram hier gewoon maar wat op mijn gitaar want ik doe dit verschrikkelijk tegen mijn goesting.
Pintje? Check, we vertrokken.

Gelukkig was dat heel even een dieptepunt voor wat een mooie avond was. Die pauze was goed getimed want het was een zware avond. Het begin miste ik met spijt in mijn kleine meisjeshart, omdat de Italiaan zijn oven nog moest opwarmen.

Na een valse start (voor ons, niet voor Love Like Birds, wat ongetwijfeld volledig liefdevol is, aan haar laatste noten te horen), begon het met een harde gitaar en een heftig drumstel. Zonder enige vorm van melodie. Pure chaos, zo was het omschreven. Populair in de Balkan landen. Zoft, maar allesbehalve soft. (Zo'n naam is vragen naar stomme woordspelingen.) Lampen en microfoons en een constructie waar ik ondanks mijn technische basis (basis, niet kennis) helemaal niets van begreep. Een visueel discogehalte met wat repetitieve lyrics en heel wat drum/gitaargeweld. Verschrikkelijk entertainend om twee twintigers zo heftig hun best te zien doen. Verschrikkelijk vermakend om naar te kijken, maar een volle cd luisteren misschien toch liever niet.

Vijf minuten later krijgen we de sferen van Birds That Change Colour knal in ons gezicht gekatapulteerd. Mooie pakken, mooie kleuren. Mooie liedjes. Mooi. En rustig. Redelijk rustig. In een veel te warme Rotonde, waardoor iedereen volledig in trance naar buiten ging. Om dan ook weer knal uit de gecreëerde trance te vallen bij de eerste gitaarram van de volgende band. Iets over de helft gingen we een luchtje scheppen. Dat hadden we veel eerder moeten doen.

Als laatste van wat onverwacht een fantastische avond werd kwam Dan San. Zes Luikenaars. Jonge gasten. Gitaren, wel drie. En een drum. Zucht. Maar ook een viool! Een viool! En een onschuldig klinkend keyboard! Drie zingende gasten, meerstemmig enzo. Met een draai in hun liedjes. Welkome verrassing na dat rockgeweld van ervoor. Indie maar niet zo gewoon als verwacht. Indie maar dan heel erg enthousiast. Indie en dan ongelofelijk overtuigend. Om letterlijk in schoonheid te eindigen, dankuwel.

Stom dat ze de microfoon voor het ego van die zanger van Customs vergeten waren. De echo zou het enige minpunt van de avond misschien een beetje draaglijk gemaakt hebben. Hoewel.